FLEVOWIJK

In 2020 vierden we het zestigjarig jubileum sinds de eerste paal werd geslagen voor de Flevowijk aan de Lovinkstraat. De plannen voor deze wijk werden aan het eind van de jaren vijftig ontworpen, met straten vernoemd naar personen die een relatie hadden met de Zuiderzeewerken. Hoewel oorspronkelijk geprojecteerd bij het Stadspark, werd de locatie uiteindelijk landinwaarts verschoven vanwege de ongeschikte ondergrond ter plekke, wat resulteerde in het Groene Hart van Kampen.

In tegenstelling tot ‘Zuid’ en de Oranje- en Hanzewijk, is de Flevowijk niet aangelegd op een hoog opgespoten terrein, maar min of meer op maaiveldhoogte. De bouw vond plaats in twee fasen: West I en West II. De opzet van de wijk is strak en doelmatig, met veel rechte hoeken en een herhaling van blokken en tussenliggende ruimtes voor verkeer en recreatie, ook wel bekend als stempelbouw. In de verkeerscirculatie werd een zekere hiërarchie nagestreefd, met hoofdwegen en secundaire verbindingen.

Het woningbestand omvat zowel huur- als koopwoningen. Sommige straten waren na de bouw specifiek bestemd voor bepaalde groeperingen. Zo werden een aantal woningen aan de Gevers van Endegeeststraat exclusief toegewezen aan werknemers van pannenfabriek BK. Aan de randen van de wijk staan galerijflats, die de lagere bebouwing omsluiten en de grenzen van de wijk van ver markeren. Het architectonische hoogtepunt van de wijk zijn de zogenaamde ‘Wortmanflats’, ontworpen door het wereldberoemde bureau Van den Broek en Bakema.

In het hart van de Flevowijk bevindt zich een winkelcentrum, ooit huisvesting biedend aan een tiental winkels en banken, maar door schaalvergroting is het aantal winkels verminderd. Er zijn twee lagere scholen, beide gelegen aan de Gevers van Endegeeststraat. Van de twee kerken in de wijk is alleen het kerkelijk centrum De Openhof nog overgebleven; de rooms-katholieke kerk is verdwenen.

GALERIE FOTOKAMPEN